Zo maar een lange werkdag in de haven van Rotterdam op de ‘Theano’. Als u hier bij geweest was, had u het vast nooit meer vergeten , het was net een film. Er moesten twee beren verscheept worden naar Ierland voor de dierentuin in Dublin. Ze waren ’s middags gebracht in een soort transportkooi. Toen ik met Wout v.d. Heuvel, de loodsbaas, ging kijken, keken we vreemd op. Wat een gammel gevalletje…. Ik heb meteen contact opgenomen met Diergaarde Blijdorp. Daar bleken ze gelukkig wel een betere transportkrat voor ons (de beren) te hebben.
Er werd direct een open wagen naar Blijdorp gestuurd om de krat te halen. Inmiddels was ruim twee, wat overige lading betreft, klaar, alleen de beren moesten er nog in. In de andere ruimen moest nog fruit en stukgoed geladen worden o. a. zes wagons met appels uit Italië, op pallets. Tegen de schaft vroeg ik aan de botenbaas Jan Floris, “Kun jij straks even standby houden als je mensen gaan eten om half tien? Dan is het rustig en als de auto op tijd terug is kunnen we mooi de beren overladen en in ruim twee zetten.”
Toen de havenarbeiders naar de kantine waren was het plotseling doodstil op het terrein omdat het op de andere schepen ook overal schafttijd was. De auto met de transportkooi was keurig op tijd. Jan Floris pakte een 6-tons heftruck en haalde voorzichtig de gammele kooi met de beide beren uit de loods naar buiten. De vervoerskooien tegenover elkaar gezet, de kleppen open en binnen vijf minuten zaten de beren in hun betere onderkomen. Ik ben in de kraan gegaan en we hebben de beren in ruim twee gezet, het was zo gepiept.
De bootsman was al met z’n mensen aan dek. Hij vroeg of er al wat zeeklaar gemaakt kon worden. Ik zei hem dat ruim twee klaar was. Ze begonnen meteen met het dichtgooien van het ruim.
Jan Floris vroeg “Wat doen we met die oude laadkist Henny?”
“Zet maar terug in de loods Jan, dat bekijk ik morgen wel” antwoordde ik. En daar maakte ik een foutje, zeg maar gerust een hele grote fout. Want toen de mensen terug kwamen uit de kantine (het begon al te schemeren) en de loodsdeuren weer open gingen zagen enkele mensen dat de kooi open stond en de beren verdwenen waren. Vervolgens grote paniek, geschreeuw en gegil, ze vlogen alle kanten op tot zelfs boven in de paalmasten. Ja overal, in de messroom zaten ze werkelijk als haringen in een ton. Het duurde meer dan een uur voordat het laden weer een beetje normaal draaide, maar het bleef onrustig…
Ach, het is later wel weer goed gekomen. Maar als er jaren later iemand erg traag liep dan riep men “DE BEER IS LOS!”