Het zou logisch zijn geweest dat de N.O.L.S., hier toch al actief, deze spoorlijn vanaf het station Stadskanaal tot Rijksgrens zou aanleggen. Echter deze maatschappij voelde zich niet geroepen om deze spoorverbinding aan te leggen. Zodoende richtte men hier in 1905 zelf een hoofdcommissie op die de naam kreeg ‘Vereniging Spoorwegcomité Stadskanaal – Ter Apel – Rijksgrens’ en was tevens de naam S.T.A.R. geboren.
Men ging gelijk voorvarend te werk. Al in 1906 was er door de Haagse ingenieur Cramer het beoogde traject, grotendeels langs de provinciegrens, opgemeten en uitgezet. En nog in september van hetzelfde jaar vroeg het voorbereide comité bij de minister van Waterstaat concessie voor de spoorverbinding aan. Begin 1907 kwam bij ministeriele beschikking de vergunning af. Daarop richtte de hoofdcommissie zich tot de verschillende belanghebbenden om het aandelenkapitaal bijeen te krijgen. De gemeente Odoorn, die het belang van de spoorwegverbinding onderschrijft waarbij de mondengebied groot voordeel zou ondervinden, legt 50.000 gulden in. En ook de waterschappen Valthe en Exloo stoppen ieder 25.000 gulden in het Star – project. Toch zouden er vele jaren van moeizame arbeid mee heen gaan om het geld bijeen te krijgen en de plannen voor een ieder aanvaardbaar te maken, dit doordat gemeenten allerlei eisen stelden ten aanzien van de aanleg van haltes en stations.
Pas na zeven jaar noeste arbeid was het benodigde geld binnen en waren alle partijen akkoord met de uitgewerkte plannen. Op 29 september 1914 kon de akte van oprichting van de N.V. Gronings – Drentsche spoorwegmaatschappij Stadskanaal – Ter Apel – Rijksgrens, kortweg STAR, bij de notaris worden gepasseerd. Eindelijk konden nu daadwerkelijk de voorbereidingen voor de aanleg van de 22.7 kilometer lange spoorverbinding beginnen. Zowel de N.O.L.S. als de S.T.A.R waren zogenaamde ‘papieren’ spoorwegmaatschappijen. Ze waren enkel opgericht om de spoorlijnen aan te leggen. De staatsspoorwegen werden na aanleg met de exploitatie belast en zorgde daarbij voor het materieel: locomotieven, rijtuigen en goederenwagons, personeel en onderhoud van het materieel en de spoorbaan. Tevens stelde deze de dienstregeling vast.
Ook aan de Duitse zijde van de grens waren vrijwel alle hobbels genomen en kon men ook aldaar beginnen met de uitwerking van de plannen. Echter, door de uitbraak van de 1e Wereldoorlog veranderde aldaar alles. En na vier jaar oorlogsgeweld verkeerde Duitsland in een diepe economische crisis. De overeengekomen spoorverbinding Ter Apel / Meppen, van levensbelang voor een rendabele exploitatie, werd aldaar op de lange baan geschoven en zou later helemaal afgeblazen worden. In 1917 werd er hier te lande, ondanks de grote onzekerheid in Duitsland gestart met de eerste werkzaamheden ten behoeve van de spoorverbinding.
Dat betekent dat de STAR feitelijk begon met de aanleg van de spoordijk tussen Stadskanaal en de Rijksgrens. Later gevolgd door de gebouwen, woningen en spoorbruggen. De aanleg van de spoorlijn zou ten gevolge van allerlei tegenslagen en forse kostenstijgingen, tot voorjaar 1924 duren. Toen men in 1922 definitieve zekerheid verkreeg dat de Duitse spoor niet zou worden aangelegd, dreigde zelfs dat de werkzaamheden hier aan de spoorverbinding eveneens zouden worden beëindigd. In 1923 werd na aandringen van het Rijk de spoorwegverbinding dan toch nog afgebouwd. De begroting, in 1913 gesteld op zo’n 1.7 miljoen gulden, beliep uiteindelijk ruim vijf en half miljoen gulden.
Maar op donderdag 1 mei 1924 was het dan toch zover dat de opening van de STAR spoorlijn kon geschieden. Zo werd de eerste trein, vertrokken uit Stadskanaal, met ruim honderd hoge gasten, waaronder de heer mr. E.A. Smidt directeur van de STAR, op alle aanliggende stations en halteplaatsen feestelijk ontvangen. Een erewacht te paard wachtte te Zandberg, het enige station op Drents grondgebied, waar de toegansweg met drie erebogen was versierd en de halteplaats met vlaggen, groen en bloemen in feestgewaad gestoken, de trein op. De op het perron aanwezige muzikanten speelden volksliederen. Daarna spraken de heer Vriend, burgemeester van de gemeente Odoorn, alsmede de heer Boerma, landbouwer te Vetstukken, woorden van dank aan allen die hadden meegewerkt tot de totstandkoming van de zolang verwachte spoorverbinding. ’s Avonds togen velen naar de spoorhaven te Musselkanaal alwaar een groot vuurwerk werd ontstoken.
Jacob Westendorp